dinsdag 28 september 2021

Terug naar Jethro Tull

"The bad old days they came and went Giving way to fruitful years."

(Ian Anderson)

In de jaren dat ik op de middelbare school zat waren veel van mijn leeftijds- en klasgenoten fan van de Beatles óf van de Rolling Stones. Ik vond ze allebei goed (met een voorkeur voor de Beatles) maar mijn absolute favoriet was de - eveneens Britse - band Jethro Tull.

De muziek van Jethro Tull was alles tegelijk en direct herkenbaar. Melodieus, swingend, folkloristisch, dromerig en verhalend, en met intelligente teksten. Rock, blues, folk en jazz klonken erin door, en in de wereldhit Bourée ook nog onvervalst klassiek - zoiets hadden we nog niet eerder gehoord.

Zanger, gitarist en dwarsfluitist Ian Anderson was de tovenaar van dit gezelschap. Hij stal de show, zoals hij in zijn karakteristieke pose - staand op één been, het andere been opgetrokken - zijn fluitsolo's speelde, gehuld in lange jas, strakke broek en kniehoge rijglaarzen, en met lange wapperende haren.

De liedjes van Anderson speelden zich veelal af in een imaginair verleden, ver van de stad, en werden bevolkt door kleurrijke figuren die buiten de dagelijkse werkelijkheid van het moderne leven stonden - en de toehoorder meevoerden naar die andere wereld.

Van mijn zakgeld, aangevuld met de verdienste van mijn weekendbaantje, kocht ik elpees van Jethro Tull, die ik ook nu nog uit mijn hoofd ken - zoals dat gaat met wat je in je tienerjaren tot je neemt. Stand Up, Aqualung, Thick as a Brick, Benefit, het zijn titels waarvan ik de hoezen meteen voor me zie en waarvan ik de liedjes direct kan meezingen.

Inmiddels is een halve eeuw verstreken, ben ik grootvader geworden en ga ik over een jaartje met pensioen. Nog altijd bestaat Jethro Tull, met Ian Anderson als de (enig) overgebleven bandleider tussen nieuwe muzikanten. Nog altijd toeren ze de wereld rond, nog altijd speelt Anderson uitsluitend op akoestische instrumenten. En nog altijd is de betovering niet verbroken.

Als ik de muziek van Jethro Tull terughoor, begrijp ik mijn voorkeur uit mijn middelbareschooltijd helemaal. De tijden zijn veranderd, maar wat goed is blijft.

Alles verandert, maar niets gaat verloren. Leve Jethro Tull.





Hier een van de meest poëtische liedjes van Ian Anderson van het album Aqualung uit 1971:


Wond'ring aloud

How we feel today
Last night sipped the sunset
My hand in her hair
We are our own saviours
As we start both our hearts beating life
Into each other
Wond'ring aloud
Will the years treat us well?
As she floats in the kitchen
I'm tasting the smell
Of toast as the butter runs
Then she comes, spilling crumbs on the bed
And I shake my head
And it's only the giving
That makes you what you are

(Ian Anderson)

En deze natuurlijk: We used to know, van Stand Up, uit 1969:


We used to know
Whenever I get to feel this way, Try to find new words to say, I think about the bad old days We used to know. Nights of winter turn me cold Fears of dying, getting old. We ran the race and the race was won By running slowly. Could be soon we'll cease to sound, Slowly upstairs, faster down. Then to revisit stony grounds, We used to know. Remembering mornings, shillings spent, Made no sense to leave the bed. The bad old days they came and went Giving way to fruitful years. Saving up the birds in hand While in the bush the others land. Take what we can before the man Says it's time to go. Each to his own way I'll go mine. Best of luck in what you find. But for your own sake remember times We used to know.

(Ian Anderson)



maandag 27 september 2021

Tekenen bij Schemerstad

Afgelopen zaterdag voeren we aan boord van de sloep van Max Soek mee in de sprookjesachtige rondvaart door Leiden tijdens Schemerstad. Dat festival wordt al tien jaar georganiseerd en voert de bezoeker in boten en bootjes langs speciaal voor de gelegenheid gemaakte voorstellen op plekken langs de grachten en singels. Locatietheater dus, in dit geval dans, muziektheater, cabaret, opera, beeldende kunst en bewegingstheater

Het was gezellig en betoverend, en we boften met het mooie nazomerweer. Tijdens het varen en stilliggen maakte ik een paar foto's, en aan de hand daarvan in mijn tekenboekje natuurlijk weer een schetsje dat je hier ziet: de Stille Rijn met lichtjes in het water. Pen, potlood en aquarelpotlood.

Meer over Schemerstad op https://www.schemerstad.nl.











































zaterdag 25 september 2021

Over een jaar

Afscheid van het Binnenhof - Reflectie

Op de kalender is het 25 september 2021 vandaag. Over precies een jaar eindigt mijn werkende leven, dat in 1975 begon. Nog vier (politieke) seizoenen loop ik rond in ons parlement. Hoe ziet de tijd daarna eruit, en hoe begon het ook alweer? Tijd voor reflectie, en als beeld dat daarmee te maken heeft kies ik de Mauritstoren van de Eerste Kamer, weerspiegeld in het water van de Hofvijver.

In die Mauritstoren begon die loopbaan, zoals ik al eerder beschreef in een stukje in deze kleine serie Afscheid van het Binnenhof - onbedoeld én uit interesse. Hoe dat zit leg ik hieronder uit.

Hoe begon het ook alweer? 

Op school wist ik altijd wat ik wilde worden: journalist, redacteur of uitgever. Daarom schreef ik me in op de School voor de Journalistiek (Utrecht) en de Frederik Muller Academie (Amsterdam). In Utrecht werd ik uitgeloot, dus zou ik naar Amsterdam gaan en het boekenvak in, prima. Maar omdat ik ook uit een geëngageerde en politiek bewuste familie kwam en in Vrij Nederland bij ons thuis een advertentie had zien staan voor leerling-stenografen bij het parlement, schreef ik uit interesse een brief. Hoe zag de achterkant van de politiek eruit, achter de groene gordijnen in de bekende zaal? Ik was er benieuwd naar, werd uitgenodigd voor een gesprek, nog een gesprek, een test en kreeg toen een telefoontje dat ik was aangenomen. Ik besloot het een tijd(je) te gaan doen. Zo kwam ik in dienst van de Kamer, tijdens het nu legendarische kabinet-Den Uyl. Het waren spannende jaren op het Binnenhof, met de verbeelding aan de macht en een gevoel van grote verandering.

Na 12,5 jaar zou ik alsnog dat boekenvak ingaan: ik nam ontslag, verkocht mijn huis en begon mijn eigen uitgeverij in Amsterdam. Nooit spijt van gehad, want dat krijg je alleen van wat je niet gedaan hebt maar wel had willen doen. Ik werkte vervolgens bij de gemeente Amsterdam en had daarna nogmaals mijn eigen bedrijf, tot ik na een interval van 18 jaar - waarvan 15 jaar als ondernemer - in januari 2006 terugkeerde op het Binnenhof, bij dezelfde dienst als waar ik was begonnen. 

Dat is nu ook alweer ruim 15 jaar geleden, en als ik over een jaar met pensioen ga heb ik 28,5 jaar voor de Kamer gewerkt onder twaalf kabinetten en in totaal verschillende perioden.

Hoe ziet het er over een jaar uit?

Na een gevarieerde loopbaan van 47 jaar is het over een jaar mooi geweest en krijg ik meer tijd voor wat ik altijd al gedaan heb: schrijven, tekenen, mooie dingen maken, meewerken aan culturele initiatieven. Maar vooral de tijd aan mezelf hebben en die tijd doorbrengen met wie me dierbaar zijn, mijn lief, mijn zoon en kleinzoon, vrienden en familie.

De serie Afscheid van het Binnenhof komt dan ten einde en slaat neer in een boek, een kleine tentoonstelling met eigen werk waartoe het Binnenhof me inspireerde en een inhoudelijk programma, dat ik hoop te laten zien bij de Haagse Kunstkring als werkend lid van de afdeling Letteren.

Maar eerst nog die komende (politieke) seizoenen tot het zover is, in de tijdelijke behuizing waar we sinds het vertrek van het Binnenhof nu werken.  Net als toen ik begon zijn het spannende tijden, met een gevoel van urgentie en grote thema's die om antwoord en oplossing vragen. 

Het is goed om er opnieuw bij te zijn en om het van nabij mee te maken - zoals het ook goed voelt om daar over een jaar mee op te houden en terug te blikken. In het hart van de levende geschiedenis en in het oog van de tijd. 



vrijdag 24 september 2021

De liefde blijft

Op 24 september 2013 overleed mijn moeder in mijn handen. Vandaag is dat dus alweer acht jaar geleden, en zoals ieder jaar ben ik vanochtend natuurlijk wakker geworden in dit besef en het gevoel van gemis dat niet overgaat.

Na de afscheidsbijeenkomst in de aula van de begraafplaats kwamen we terug in haar huis. Boven haar bed zat een vlinder op het raam die daarna nog een aantal keren is blijven terugkeren, tot op de dag van vandaag en op verschillende plekken. En elke keer opnieuw geeft dat het gevoel dat ze in de geest weer even bij ons is. De liefde blijft.

Gelukkig zijn er de ontelbare liefdevolle herinneringen aan en met mijn moeder, en straalt ze met haar levenslust nog altijd op de foto's die ons omringen. Zoals deze, die Frederick Linck van haar en mij maakte. Ze was met vriendinnen gekomen voor de uitreiking van de Hofvijver Poëzieprijs 2011 die ik organiseerde, in de Schutterszaal van het Haags Historisch Museum aan de Hofvijver. Over Frederick schreef ik kortgeleden al een stukje.

Wat een dierbare herinnering, en wat fijn om haar weer te zien zoals ze was en in mijn hart voortleeft. 

Alleen de liefde overwint de dood. ❤












Over die vlinder schreef ik dit gedicht:

Weeshuis (1)

Je was nog niet weg
met je mooie bloes aan,
we zaten nog amper
voorgoed zonder jou
in je tuin of op het
raam bij je bed
klonk geritsel en
we keken in het
oog van een vlinder.

Ik opende zacht
de balkondeur
en daar ging je,
om bij ons te
blijven op
vleugels die
komen en gaan.



donderdag 23 september 2021

Energie

Gerrit Achterberg, Energie

Uit: Radar. Met als colofon: "Deze druk, de zesde, van Radar door Achterberg is een facsimile van het handschrift, om de dichter vijfenzestig jaar na zijn geboorte te herdenken uitgegeven te Amsterdam door Em. Querido's Uitgeverij N.V. en te 's-Gravenhage door Bert Bakker N.V. op 20 mei 1970. De oplage is 500 exemplaren. Deze zijn alle genummerd, de eerste tien, die niet in de handel komen, met Romeinse cijfers, de overige met Arabische. Dit is nummer 45."

















Energie 

Het vuur, waarin gij nu verkeert,
verwarmt mijn voeten, ik bezin
mij op het feit hoe onverteerd
gij nu geworden zijt tot in
uwe verkolingen, hoe on-
ophoudelijk deze reis begon
door de stofwisseling — en zal
kleiner dan een bekend getal
uw wezen zijn of groter dan
de som van alle, uw bestaan
is onuitwisbaar in de brand
der wereld die de and’re kant
van ademhalen is, de mens
verlaat zichzelf tot aan zijn grens
en wordt zijn eigen energie,
zonder te weten wat of wie
hij voedsel werd en levensbron,
maar in dit zingen slaat gij om
en gij vergeestelijkt tot vorm,
die triomfeert over de worm.

--

Met dank aan mijn nicht Simone Walvisch die mij deze bijzondere uitgave cadeau deed.


woensdag 22 september 2021

Uitzicht

Afscheid van het Binnenhof - Uitzicht

Vandaag beleven we de eerste Algemene Politieke Beschouwingen in B67, de tijdelijke behuizing van de Tweede Kamer na ons vertrek van het Binnenhof. Een historisch moment, want dit is voor mij en mijn collega's voor het eerst dat we tijdens de opening van het nieuwe parlementaire jaar niet op het Binnenhof werken. Op 25 september volgend jaar ga ik met pensioen. Het ziet er dus naar uit dat ik de volgende Algemene Politieke Beschouwingen (van 21 en 22 september 2022) ook nog nét in B67 zal meemaken.

Met uitzicht op het einde van mijn werkende leven heb ik tussen de middag bij de koffiecorner op de 3e verdieping in de B-vleugel dit raamuitzichtje (met potlood, balpen, aquarelpotlood en nat kwastje) geschetst in mijn tekenboekje.

Links in beeld de markante toren van VNO-NCW, op de voorgrond de bomen langs de Utrechtsebaan en rechts de ministeries van Economische Zaken en Klimaat en van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit.   





In een volgende aflevering van deze kleine serie Afscheid van het Binnenhof zal ik door mijn oogharen vast nog eens terugblikken op een van de vorige Algemene Politieke Beschouwingen, waar ik zowel uit de Tweede Kamer als de Eerste Kamer herinneringen aan heb sinds ik er in 1975 begon.   



dinsdag 21 september 2021

Ik zie mijn Oma in haar achtertuin

Bij de dood van Eddy Posthuma de Boer, de oude buurman van mijn Oma in de Amsterdamse Grensstraat op 25 juli 2021schreef ik dit sonnet. Hij woonde er op nr. 10, zij op nr. 8, in het huis waarin ik geboren werd.


In het licht

Ik zie mijn Oma in haar achtertuin,
de perenboom hangt vol met duizend peren
en naast haar zit haar buurman toast te smeren,
de duiven koeren in de hoge kruin.

De jaren zijn gestold in dit moment
waarin geen tijd bestaat, niets is verloren
maar alles terugkeert waar het lijkt te horen
waarin je als vanzelf wordt wie je bent.

Hij woont op nummer tien en zij op acht,
in mijn geboortehuis waar ik in dromen
altijd weer terug kan keren bij de bomen
waaronder alles blijft zoals ik dacht.

Zo zitten zij daar samen in het licht
dat over alles schijnt in dit gedicht.

Eelco van der Waals

--

Tijdens de poëziemiddag van Dichter bij de dood, 19 september 2021 op begraafplaats Oud Eik en Duinen, droeg ik dit gedicht voor, tussen 26:27 - 27:35 in dit filmpje, gemaakt door Dennis Simonis.


maandag 20 september 2021

Het stenografentrapje (1)

Afscheid van het Binnenhof -

Het stenografentrapje (1)

Lang geleden (1975) kwam ik op het Binnenhof werken, waar mijn collega's en ik in het midden van de plenaire zaal van de Tweede Kamer en de Eerste Kamer de debatten bijwoonden om daar het officiële verslag in de Handelingen van te maken. Nu beide Kamers vanwege de grootschalige opknapbeurt van het Binnenhof zijn verhuisd en (september 2021) hun intrek elders hebben genomen, wordt het tijd voor een terugblik. En omdat ik het laatste jaar van mijn werkende leven inga en over een jaar met pensioen ga, heeft die terugblik tevens het karakter van een afscheid.

Vandaag richt ik de blik op een verdwenen fenomeen uit het hart van onze parlementaire democratie: het stenografentrapje, dat ik in enkele afleveringen in deze serie Afscheid van het Binnenhof zal belichten. Dit is de eerste aflevering.

Op de hieronder geplaatste foto (gemaakt door Fotobureau Dijkstra in 1981) is het trapje goed te zien. Het kwam uit in het kwadrant in het midden van de plenaire zaal van de Tweede Kamer waarin de stenografen hun werk deden. We zien van bovenaf op de voorgrond de (lege) stenografentafel, ernaast de directietafel van de toenmalige Stenografische Dienst -- hier in gebruik door Kamerleden die als stemopnemers de stembriefjes tellen na een schriftelijke stemming over personen -- en op de achtergrond de regeringstafel.




Dit is het beeld dat ik me uit de eerste jaren van mijn loopbaan goed herinner. Je kwam dit trapje op vanuit de gang eronder, die de hal bij Binnenhof 1a verbond met het trappenhuis naar de verdieping erboven waar ook onze dienst gevestigd was, pal achter de Oude Zaal, zoals we die nu noemen. Een deur in die gang gaf toegang tot het trapje, waarvan de treden bekleed waren met rood tapijt en waarover je tussen gelakte houten wandjes uitkwam in het midden van de hoge zaal, in wat ik in een gedicht ooit omschreef als

(...) ons domein (...)
van woorden en hun weerslag
tussen rostrum en regering.

Tijdens plenaire vergaderingen van de Kamer was dit de vaste route voor mij en mijn collega-stenografen: naar boven om je voorganger af te lossen aan de met groene stof beklede tafel met zicht rondom op alles wat zich in de zaal afspeelde, en weer naar beneden zodra je zelf na vijf minuten door je opvolger was afgelost. Als onderdeel van een vast ritueel dat ritme gaf aan de vaak lange vergaderdagen: teruglopen naar de kantoren van de Stenografische Dienst, daar de werklijst invullen, de collega waarschuwen die je opvolger zou gaan aflossen en dan naar je eigen bureau om er het gedeelte van het debat uit te werken dat je net zelf in de zaal had bijgewoond. 

In volgende afleveringen van deze kleine reeks ga ik graag in op de aanleg en verdwijning van het stenografentrapje, op een aantal kleurrijke incidenten waarmee het een plaats heeft gekregen in de parlementaire geschiedenis en op mijn zoektocht naar de sporen van dit verdwenen fenomeen.

zondag 19 september 2021

Vijf minuten om te maken *)

Tekenen heb ik van mijn vader, schreef ik al eerder op dit blog. In zijn jonge jaren tekende hij met potlood of pen, eigenlijk altijd zonder zijn schets of tekening in te kleuren. In zijn nagelaten cahiers vind ik een scala aan onderwerpen die hij in beeld bracht, en in mijn herinnering is het een vertrouwd en dierbaar beeld om hem met een groot vel papier of een schetsboek voor zich te zien, terwijl hij zijn ogen regelmatig tot spleetjes vernauwde om iets door zijn oogharen te kunnen zien en de essentie uit te filteren die hij op het papier wilde zetten.

Nu pas begrijp ik beter wat hij dan deed en hoe, zoals veel met de jaren indaalt tot begrip als zelfverworven kennis. En de laatste tijd ben ik zelf ook weer aan het schetsen en tekenen met de passie die ik van mijn vader ken.

Zoals gisteren, tijdens de feestelijke bijeenkomst rond de uitreiking van de 30ste Plantage Poëzieprijs. We zaten in de mooie kerkzaal van het Luther Museum Amsterdam, met aan beide zijden invallend licht door de hoge vensters, en aan het hoofd van de zaal het prachtige orgel met zijn hoge pijpen in een rustige kleurstelling. Boven de hoofden van de aanwezigen pinkelden de lichtjes van enkele sobere kroonluchters. 

Ik deed - besef ik nu - wat mijn vader deed: ik keek door mijn oogharen en zag met de dichtregels in mijn oren een versimpeld beeld. Gelukkig had ik mijn tekenboekje bij me, mijn tekenpotlood en aquarelpotloden, een buisje water en een kwastje.

Met de aandacht van verschillende zintuigen maakte ik ter plekke in mijn tekenboekje een schetsje van louter contouren, dat ik telkens weglegde en dan even later weer een beetje invulde of uitwerkte tot de tekening die ervan is overgebleven, als herinnering aan deze middag en als vingeroefening waarin ik ook mijn eigen vader weer een beetje tegenkwam.

---

Over de Plantage Poëzieprijs schreef ik gisteren al dit.


*) "Deze tekening kostte me vijf minuten om te maken, maar zestig jaar om dat te kunnen". Pierre-Auguste Renoir, 1841-1919




zaterdag 18 september 2021

30 jaar Plantage Poëzieprijs!

Vandaag gaan we naar de uitreiking van de Plantage Poëzieprijs 2021 in de mooiste buurt van het land. De prijs wordt nu al voor de dertigste keer uitgereikt door de Vereniging Vrienden van de Plantage en beleeft daarmee al zijn zesde lustrum! Dat is voor dichters, deelnemers en poëzieliefhebbers in ons land (en ons taalgebied) iets om blij om te zijn. 

En voor de oprichters van de Vrienden van de Plantage en de grondvesters van de prijs is er vandaag alle reden om trots en tevreden te zijn. Ik ben een van die oprichters, net als vriend en dichter Ko van Geemert, en hem komt alle eer toe dat hij de Plantage Poëzieprijs vanaf ons eerste jaar (1991) is gaan organiseren en daar zo lang mee is doorgegaan, om precies te zijn de eerste 25 keer.

Bij de feestelijke viering van het 25-jarig bestaan van de Vrienden van de Plantage schreef ik een gedichtencyclus over hoe het allemaal begon, onder de titel Alles begon in de Plantage












De Plantagebuurt in Amsterdam (kortweg De Plantage) is al mijn hele leven mijn lievelingsbuurt. Ik ben geboren in het aangrenzende Amsterdam-Oost, in het huis van mijn Oma in de Grensstraat (tussen Wibautstraat en Weesperzijde). Mijn eerste herinneringen aan de Plantage zijn natuurlijk net als voor miljoenen andere grootgeworden kinderen verbonden aan Artis, de Papegaaienlaan, het Apenhuis, het Aquariumgebouw en meer. De combinatie van groen en grandeur, brede lanen tussen witgepleisterde villa’s, omzoomd door parken vol exotische planten en dieren, het trof me als klein jongetje al direct en die betovering is altijd gebleven.

Fijn dus om vanmiddag weer langs het Hortusplantsoen en de Plantage Muidergracht naar de Plantage Kerklaan te wandelen, en dan rechts de brug over naar het prachtige gebouw van de Evangelisch-Luthers Diaconie dat nu onderdak biedt aan het Luther Museum Amsterdam.

In de kerkzaal van het voormalige Oude Mannen- en Vrouwenhuis wordt vanmiddag dus de dertigste Plantage Poëzieprijs uitgereikt. De jury las de 269 ingezonden gedichten en koos er drie om de makers daarvan te nomineren. Dat zijn voor deze editie de dichters Margriet van Bebber met het gedicht bij een bedrijfsbezoek aan de tramremise, Onno-Sven Tromp met het gedicht Wat wil je van me? en Robin Veen met het gedicht CRYPTOGRAM.

Ik wens de genomineerden hierbij geluk met hun nominatie en verheug me op hun voordracht vanmiddag in deze prachtige ambiance, waarna één van hen de onsterfelijke roem ten deel zal vallen om de winnaar te worden van de dertigste Plantage Poëzieprijs.

De Vrienden van de Plantage zijn te vinden en te volgen via hun website en hun Facebookpagina

Bij het 25-jarig bestaan van de Plantage Poëzieprijs verscheen de bundel De tijd is bijna stilgezet – 25 jaar Plantage Poëzieprijs die werd samengesteld en geproduceerd door Willem Campschreur en die de Vrienden in eigen beheer uitgaven. 

Mijn eigen gedichtencyclus Alles begon in de Plantage bij het 25-jarig bestaan van de Vrienden van de Plantage is nog altijd hier te lezen.

Leve de poëzie, leve de Plantage!

vrijdag 17 september 2021

Poëziemiddag Dichter bij de dood

Sinds 2016 werk ik als dichter mee aan Dichter bij de dood, de manifestatie waarbij dichters op 2 november (Allerzielen) hun gedichten voordragen op de mooie Haagse begraafplaats Oud Eik en Duinen om daar begraven dichters, schrijvers en andere kunstenaars te eren. Tot dusverre koos ik voor Ferdinand Bordewijk, Anton Constandse, Aad Nuis en Willem Drees sr. en schreef ik gedichten om bij hun leven stil te staan. Voor de editie van 2 november 2021 heb ik gekozen voor de dichter PC Boutens. 

Maar eerst is er een feestje om het eerste jubileum van Dichter bij de dood te vieren, en natuurlijk ben ik erbij als een van de dichters die er komen voordragen. Zondag 19 september ben je welkom vanaf 14.00 uur. De deelnemende dichters dragen eigen werk voor en beginnen met een troostend gedicht over de dood.

Oud Eik en Duinen, Laan van Eik en Duinen 40, 2564 GT Den Haag 






woensdag 15 september 2021

Het brutalisme van Apon

Afscheid van het Binnenhof - 
Het brutalisme van Apon

Onze tweede werkweek in de nieuwe behuizing van de Tweede Kamer is begonnen. Net als mijn collega's ben ik me nog aan het oriënteren in dit gebouw dat met zijn strakke grid zozeer verschilt van de historische gebouwen die we gewend waren aan en rond het Binnenhof.

In de wandeling heet ons gebouw B67, naar het adres Bezuidenhoutseweg 67, in de volksmond heet het de Apenrots, naar de architect Dick Apon die het ontwierp, en voor de komende jaren is het de nieuwe werk- en vergaderplek voor de Tweede Kamer waar ik werk. Na de voltooiing van het Binnenhof verhuist de Kamer weer terug, maar dat zal ik niet meer meemaken, want over een jaar ga ik met pensioen. Vandaar mijn kleine serie Afscheid van het Binnenhof, die in zijn geheel te volgen is op de gelijknamige website.













Dick Apon (1926 - 2002) ontwierp dit gebouw voor het ministerie van Buitenlandse Zaken, dat behoorlijk ruim behuisd moet zijn geweest, getuige het feit dat de voltallige Tweede Kamer met nagenoeg alle diensten, de parlementaire pers en een aantal publieksvoorzieningen de onderste drie verdiepingen van dit gebouw in gebruik heeft, terwijl boven ons maar liefst zeven verdiepingen leegstaan. 

Het huidige B67 is Apons belangrijkste gebouw. Het werd in 1985 door Buitenlandse Zaken in gebruik werd genomen en er werkten maar liefst 1200 ambtenaren. Ik lees dat het de 22 locaties verving waarin het ministerie in de jaren zeventig was gevestigd. Apon gaf het gebouw een getrapt aanzien, waardoor het al snel de naam Aponrots kreeg, wat later werd verbasterd tot Apenrots

De bekendste creatie van Dick Apon is en blijft de pier in Scheveningen, die hij ontwierp met Huib Maaskant en Dirk Jan Dijk aan het begin van de jaren zestig. 

In de jaren vijftig en zestig vormde Apon met onder meer Jaap Bakema, Aldo van Eijck en Herman Hertzberger de redactie van het tijdschrift Forum, die zich beijverde voor terugkeer naar de menselijke schaal in het bouwen. Apon gaf les aan verschillende academies van bouwkunst en was tevens hoogleraar architectonisch ontwerpen aan de Technische Universiteit Eindhoven.

Dick Apon wordt met architecten als Bakema, Van den Broek, Van Eyck, Hertzberger en Maaskant wel gerekend tot het brutalisme.

Andere voorbeelden van deze stijl in Nederland zijn De Euromast, Rotterdam (Maaskant), het kantoorgebouw van SC Johnson, Mijdrecht (Maaskant), de aula van de Technische Universiteit Delft (Bakema), het hoofdkantoor van Centraal Beheer, Apeldoorn 
(Hertzberger), Muziekcentrum Vredenburg, Utrecht (Aldo van Eyck), de Kubuswoningen, Rotterdam (Piet Blom).  

Het brutalisme is een stroming binnen de architectuur die is ontstaan vanuit het modernisme en wordt gekenmerkt door vaak grote blokachtige structuren van ruw onafgewerkt gewapend beton of metselwerk. Door het bombastische, soms intimiderende voorkomen is het brutalisme vooral ingezet voor grote openbare gebouwen, zoals concertgebouwen, bibliotheken, rechtbanken en stadhuizen. Het is een stijl die vaak een mening uitlokt en ook sterk bekritiseerd is en zijn hoogtijperiode had van de jaren vijftig, zestig en zeventig van de twintigste eeuw.

Het flatgebouw Unité d'Habitation wordt gezien als een belangrijke voorloper of basis van het brutalisme. Le Corbusier experimenteerde hier met gegoten gewapend beton maar was naar verluidt geschokt door het ruwe resultaat. Hij besloot echter om het zo te laten en door te bouwen zonder het beton af te werken. Hij noemde dit Brut (ruw) waarmee onbedoeld een nieuwe stroming ontstond, de beton brut. Hieruit is het brutalisme voortgekomen.

Terug naar B67. Het ruwe beton is grotendeels weggewerkt in onze kantoorruimten, die een licht en helder aanzien hebben gekregen en waarin wij de komende jaren ons werk doen voor het parlement. Alleen de (talloze) pilaren en kolommen die het gebouw schragen en een aantal wanden in het gebouw hebben hun brutalistische karakter behouden, en laten nog de hand zien van hun maker Dick Apon. 





maandag 13 september 2021

Stuurmanskunst

Recht zo die gaat Zwier! Zoon die weet waar hij heen vaart, alle vertrouwen in je stuurmanskunst. ♡

 


zondag 12 september 2021

Uit de hand

Tussen de oude foto's kom ik er eentje tegen waarop ik op het strand van Terschelling sta, aan de rand van de zee waarachter het silhouet van Vlieland zich aftekent tegen de  horizon. In mijn linkerhand houd ik een tekenboekje en in mijn rechter een potlood, ik kijk - weet ik - beurtelings naar het eiland in de verte en het papier.

Het voelt prettig en vertrouwd om deze foto terug te zien. Jarenlang al heb ik vaak een blocje of tekenboekje op zak, een potloodje en/of een (altijd zwartschrijvende) balpen, bij voorkeur zo klein dat alles in een broekzak of borstzakje past.











Tekenen heb ik van mijn vader, die het ook vaak en graag deed. Ik zie hem voor me met een schetsblok op schoot of een groot vel tekenpapier voor zich op tafel. In de jaren dat hij bij de papierfabriek van Van Gelder werkte hadden we bij ons thuis altijd tekenpapier in overvloed; ik zal er binnenkort eens een stukje aan wijden. 

Tekenen uit de hand is een plezier dat ik zelf heb ontdekt door te wandelen en te blijven stilstaan bij een mooi uitzicht dat erom vraagt om op papier gezet te worden in snelle lijnen waarbij de essentie overblijft. Vaak is vijf minuten al genoeg, een andere keer iets minder of iets meer, maar in alle gevallen staat de tijd tijdens het kijken en schetsen even stil en blijft een gevoel van grote voldoening hangen bij het hervatten van de wandeling.

Zoals afgelopen zomer toen ik met Angèle in een huisje aan de Kaag zat en we daar allebei aan het tekenen sloegen. Tijdens een paar wandelingen door de polder had ik natuurlijk mijn kleine tekenboekje bij me en een potloodje.

















In het nabijgelegen dorp Rijpwetering liep ik een straatje in, en tussen de huizen door was daar opeens dit doorkijkje op de kerk met een hooiberg en een oude boerderij op de voorgrond. De tijd stond stil en ik weet niet hoe lang of kort ik daar gestaan heb.

Maar wel weet ik dat ik weer helemaal terug ben bij het snelle schetsen uit de hand.

zaterdag 11 september 2021

20 jaar na 9/11

11 september vandaag. Natuurlijk denk ik net als iedereen die het zich nog kan herinneren meteen weer terug aan 11 september 2001, en natuurlijk weet ik net als al die anderen nog precies waar ik op dat moment was en met wie.

Het was dinsdag, ik was met mijn officemanager Jolanda aan het werk in mijn kantoor aan de Staalkade, hartje Amsterdam met uitzicht op de Amstel voor de deur, pal naast het stadhuis, de grootste opdrachtgever van ons bureau. De andere medewerkers waren de deur uit, naar vergaderingen bij diverse klanten om daar rapportages van te maken. Het was het normale begin van een druk vergaderseizoen.

Milko

Aan het begin van de middag stapte Milko binnen, onze systeembeheerder die de computers en het netwerk onderhield en altijd weer up to date wist te maken met nieuwe slimme toepassingen. Altijd goed en gezellig als hij er was. We dronken koffie, kletsten wat en gingen ieder aan ons werk.

Milko was bezig met mijn computer, in de kamer met rechts de ramen die uitzien op de Amstel, toen hij me halverwege de middag riep. Ik weet het nog precies, ik liep snel de trap op en zag op het computerscherm samen met Milko en Jolanda de aanslag in New York gebeuren. Er kwamen zwarte rookwolken uit een van de torens van het World Trade Center en we zagen een vliegtuig aan komen vliegen dat in de tweede toren verdween. Dat beeld blijf ik in mijn hoofd terugzien als in slow motion. We waren alle drie verstijfd en vol ongeloof. De rest van die dag is verbleekt bij deze herinnering, die altijd weer bovenkomt op deze datum. 




Milko schrijft hier zelf over: "Ja dat was een bizar moment! Ik weet het als de dag van gisteren! Ik had altijd een klein radiootje bij me als ik aan het rommelen was en toen hoorde ik het nieuws van 15 uur (6 uur verschil en daar was het 9 uur dat het gebeurde)...iets met een vliegtuig die het WTC invloog?.... Ik snel nu.nl aan op 1 van die computers en ik riep 'Eelco kijk....iets bizars aan de gang'. We zagen toen samen het tweede vliegtuig live de toren invliegen en waren beiden aan de grond genageld! Met open monden en half in shock sloegen we het gade. En ja.....dat heeft de wereld wel even aan het veranderen gebracht! Dank voor je moment en ook ik denk altijd op 11 september aan dat moment! Op weg naar huis in de auto alleen maar het nieuws aan en bellen met iedereen."


























Het is nu 20 jaar later, 11 september 2021. Opnieuw - en nog steeds - wordt de wereld opgeschrikt door aanslagen en de dreiging daarvan. Onze samenleving is sterk gefragmenteerd geraakt en in die 20 jaar zijn de tegenstellingen alleen maar vergroot, ook in ons eigen land.

Het roept de vraag op wat we zijn opgeschoten met de "war on terrorism" die de toenmalige Amerikaanse president George W. Bush als reactie op deze verschrikkelijke aanslagen uitriep op 16 september 2001, en die even later de geschiedenis in zou gaan als de War on Terror. 

Een oorlog uitroepen klinkt flink en daadkrachtig, de vrede winnen vraagt om andere dan alleen militaire middelen en een andere houding. De vrede begint bij onszelf.

--

(Afbeeldingen: uit mijn herinnering schetste ik mijn computer in het kantoor van toen, met rechts door de vensters de Amstel die er ook nu nog stroomt.) 

donderdag 9 september 2021

Hussem in huis
























Je ziet het, en je weet het meteen. Zo verging het me toen ik een tijdje geleden met Angèle binnenstapte bij Neeltje Twiss op de Haagse Denneweg en daar deze ets van de altijd al door mij bewonderde Willem Hussem zag, prachtig gedrukt door Willem Minderman en uitgebracht door galerie Nouvelles Images - waar ik altijd al graag kwam - in 1982. Nu is deze prent (nr. 16 van de 30 genummerde exemplaren) in mijn bezit, en heb ik die opgehangen tussen de andere lievelingen uit mijn kleine verzameling. 














Hussem is tijdloos modern en staat weer helemaal in de belangstelling. Zo wijdde Pulchri Studio in de majestueuze Mesdagzaal van 6 t/m 29 augustus 2021 een grote tentoonstelling aan zijn werk, waar vooral zijn grote kleurige schilderijen te zien waren onder de noemer de zee bevaren / een wolk als zeil

dichter en schilder 

Deze titel verwijst natuurlijk naar het beroemde gedicht waarin de dichter en de schilder Hussem samenvallen:

zet het blauw
van de zee
tegen het
blauw van de
hemel veeg
er het wit
van een zeil
in en de
wind steekt op

Willem Hussem
Uit: 'In druk', 1965.

Over de dichter Hussem maakte Henk Augustijn deze documentaire, die ik hier warm aanbeveel, waarin we Willem Hussem zelf ook aan het woord horen.

eenvoud en zuiverheid 

Uit de tekst ten geleide van de tentoonstelling in Pulchri licht ik hier deze passages, die ik zelf niet beter kan verwoorden.

"Een voortdurend streven naar eenvoud en zuiverheid lag ten grondslag aan zijn hele oeuvre. Het was in het Zen Boeddhisme en de filosofie van Hegel dat hij de intellectuele basis vond voor de universele kijk op de wereld die zijn denken en werken zou bepalen.

Hussem was zijn hele leven op zoek naar een manier van werken die aansloot bij zijn filosofische opvattingen. In de poëzie vond hij dit in korte teksten, terwijl hij in de kunst aanvankelijk een stijl vond die het midden hield tussen expressionisme en constructivisme, en uiteindelijk uitmondde in geometrische abstractie."

Parallel aan ’de zee bevaren / een wolk als zeil’ was bij de Haagse galerie Dürst Britt & Mayhew de groepstentoonstelling ‘What the moon can tell you has been said by the sun’ te zien, van 17 juli t/m 5 september 2021, waarin werk van Hussem gepaard werd aan dat van drie levende vrouwelijke kunstenaars; de Nederlandse Esther Tielemans (1976), de Mexicaanse Alejandra Venegas (1986) en de Zuid-Koreaanse Jongsuk Yoon (1965), die allen pogen op geheel eigen wijze de natuur en het landschap vast te leggen middels abstracte vormen. 

Hussem leeft, leve Hussem, ook vanaf de plek waar ik deze woorden schrijf, in mijn eigen kamer.



dinsdag 7 september 2021

De wisseltentoonstelling

Afscheid van het Binnenhof -
De wisseltentoonstelling

Vandaag gaat de Tweede Kamer na het vertrek van het Binnenhof van start op de nieuwe locatie: B67, ofwel Bezuidenhoutseweg 67, in het gebouw van het voormalige ministerie van Buitenlandse Zaken dat in de afgelopen maanden is verbouwd en aangepast aan de wensen van de nieuwe gebruiker. De plenaire zaal is voor de Kamerleden, medewerkers, journalisten, bezoekers en de kijkers thuis het meest herkenbaar, want de bankjes en de karakteristieke blauwe stoelen zijn meeverhuisd vanaf het Binnenhof.

In het nieuwe gebouw deel ik een kamer met een collega. Omdat zij en ik op verschillende dagen op kantoor en thuis werken - en dat zo blijft in het kader van het hybride werken als uitvloeisel van de coronamaatregelen - hebben we een wisselkamer. En omdat we allebei foto's maken en veel met onze camera en mobiele telefoon hebben rondgekeken in de oude gebouwen hebben we samen besloten om een wisseltentoonstelling in te richten in onze kamer. 

Daarvoor kiezen we werkjes van elkaar uit om op te hangen. We zijn er al meteen mee begonnen en hebben onze eerste keuze gemaakt.

Ik trap vandaag af met de foto die mijn collega maakte van het gebouw waar we talloze malen doorheen zijn gelopen: Gebouw J, het voormalige ministerie van Justitie, hoek Plein / Lange Poten, een gebouw vol hoekjes, trappenhuizen, doorkijkjes en ornamenten. Vanuit het gebouw ernaast waar wij onze werkplekken hadden, het voormalige Grand Hotel Central aan de Lange Poten, was de gang op deze foto de logische route naar de uitgang aan het Plein en naar het Kamerrestaurant daarboven. 


Gang 1e verdieping gebouw J, foto JW

Een goede keuze om mee te beginnen, met een terugblik op het Binnenhof dat het de komende tijd zonder ons moet doen.

De wisseltentoonstelling is hierbij geopend!


maandag 6 september 2021

Terug naar Boutens

Ik ben me aan het warmlopen voor Allerzielen, of meer concreet: voor Dichter bij de dood, de manifestatie waarbij dichters op 2 november hun gedichten voordragen op de Haagse begraafplaats Oud Eik en Duinen om daar begraven dichters, schrijvers en andere kunstenaars te eren.

Sinds 2016 werk ik als dichter al mee aan deze manifestatie, waarbij ik tot dusverre koos voor Ferdinand Bordewijk, Anton Constandse, Aad Nuis en Willem Drees sr. - en gedichten schreef om bij hun leven en werk stil te staan. 

Voor de editie van dit jaar heb ik gekozen voor de dichter P.C. Boutens. Hij werd in 1870 geboren in Middelburg, waar ik zelf ook heb gewoond. Ik heb me door hem laten inspireren, in het bijzonder door het gedicht NACHT-STILTE uit zijn bundel Vergeten liedjes

Het afgelopen weekend was ik in Middelburg, en natuurlijk ben ik plekken langs gegaan die een rol spelen in het leven van Boutens.

Zijn geboortehuis aan de Markt bestaat niet meer, want het werd met een groot deel van het centrum van de stad verwoest bij het  (vergeten) bombardement van 1940 en de daaropvolgende stadsbrand. Op deze prentbriefkaart van rond 1900 is het huis met de omgeving nog te zien: het tweede huis (met hoge deur), rechts van de boek- en muziekhandel.








Ik ging er kijken en maakte een foto vanaf dezelfde plek, aan het einde van de dag, waardoor de verlichting al aan was. 










Een andere plek uit het Middelburgse leven van Boutens is er nog wel, en is nog onveranderd: in de Latijnse Schoolstraat zat hij er op het Stedelijk Gymnasium Middelburg, dat ik hier fotografeerde in het strijklicht.









Het gebouw staat er nog net zo bij als in de tijd dat de jonge Boutens er naar school ging. Op de gevel staat nog altijd: "Illustre Gymnasium Reip: Medioburgensis . Instauratum . MDCXCI ." 

Boutens' gymnasiumtijd legde de basis voor zijn latere leven: hier bleek zijn talent voor Latijn en Grieks en vertaalde hij Plato's Symposion. Daarna ging hij in 1890 klassieke talen studeren aan de Universiteit Utrecht. In 1899 promoveerde hij op een onderzoek naar de Griekse komedieschrijver Aristophanes: ‘Excertitationes criticae in scholia ad Aristophanis Acharnenses.’ 









Met deze beelden ben ik teruggekeerd uit Zeeland, en werk ik verder aan mijn voorbereiding voor Allerzielen op Oud Eik en Duinen, waar Boutens begraven is in graf nr. 1-4565. Meer over Dichter bij de dood en mijn eerdere gedichten voor Allerzielen is met achtergrondinformatie te vinden op mijn gelijknamige website:

https://sites.google.com/site/gedichtenvoorallerzielen/home


Een filmpje van het Hollands Diep

Het Hollands Diep vind ik altijd een magische plek, en telkens wanneer ik met de trein de oversteek maak van noord naar zuid of omgekeerd leg ik neer waar ik op dat moment mee bezig ben en kijk ik ademloos uit het raam tot we de andere oever bereikt hebben. 

Bijna altijd maak ik er een paar foto's van, soms een snelle schets en af en toe een filmpje, zoals deze. Een poging om de magie in beeld te vangen.


zondag 5 september 2021

De Lange Jan

Een prachtige dag voor de Lange Jan. De zon scheen met alle kracht van de nazomer, op de hele en halve uren vulde de bronzen galm van de klokken de hemel boven de stad en toen ik langs de Koorkerk liep kwam door een spleet tussen de grote deuren de mooiste orgelmuziek naar buiten met gedragen zang van de gelovigen. Middelburg werd even boven zichzelf uitgetild, en met lichtere tred liep ik door naar de Abdij.

Middelburg

Zeeuwse mosselen eten in Middelburg en daarna een toetje en tekeningetje op het terras. Minutenschetsje van de Markt, Middelburg, potlood en aquarelpotlood.

zaterdag 4 september 2021

Regeren is vooruitzien.

Afscheid van het Binnenhof. Deze marmeren buste van koningin Wilhelmina, van de beeldhouwer Bartholomeus van Hove uit 1898, stond tot kort vóór de recente verhuizing van de Tweede Kamer van het Binnenhof naar de Bezuidenhoutseweg ("B67", waar we na dit weekend echt van start gaan aan het begin van het nieuwe parlementaire jaar) in de Statenpassage van de Tweede Kamer en maakte daar deel uit van de beeldengroep. Maar al eerder stond dit prachtige beeldje in het oude Kamergebouw waar ik in 1975 begon, en wel in de kleine hal aan de kop van de Voorzittersgang, op een prominente plek waar je altijd langskwam wanneer je door de oude hoofdingang Binnenhof 1a was binnengekomen, via de brede staatsietrap naar de eerste verdieping en de Oude Zaal was gelopen, en vandaar naar rechts waar je Wilhelmina dan en profil zag terwijl zij bewegingloos de statige gang in tuurde. Ik liep daar een keer met mijn inmiddels overleden collega Martin (uit ons toenmalige klasje leerling-stenografen) en zei tegen hem, wijzend op Willemien en haar strakke marmeren blik: "Regeren is vooruitzien." We schoten allebei in de lach. Later die dag liep ik terug naar het beeldje, met het tekstballonnetje dat ik in de tussentijd had uitgeknipt en beschreven met "Regeren is vooruitzien" en plakte dit naast de sierlijk gebeeldhouwde lippen van de Majesteit. In die dagen hadden we nog niet voortdurend een camera op zak en daardoor heb ik toen geen foto gemaakt van dit tafereeltje, maar bij het terugzien van deze foto denk ik er meteen weer aan. Van de week droomde ik opeens ook weer over Martin. Het verleden sluimert onder de oppervlakte. Binnenkort in deze serie meer over de Statenpassage en de kunstcollectie van de Tweede Kamer.

vrijdag 3 september 2021

Bijenfilmpjes

We weten allemaal dat het slecht gaat met de bijen en hoe belangrijk ze zijn voor de bestuiving van gewassen en daarmee voor de voedselvoorziening. Van ons voedsel is 35% afhankelijk van bestuiving. We kunnen niet zonder bijen en zonder de ecosysteemdienst die zij gratis leveren.

Daarom let ik beter op bijen dan een aantal jaren geleden. En nu we allemaal een mobiele telefoon op zak hebben waarmee je ook foto's en filmpjes kunt maken, sta ik vaker stil wanneer ik bijen of hommels bezig zie op bloemen waar ik langs loop. 

In mijn groeiende verzameling bijenfilmpjes neemt deze een speciale plaats in: een zonnebloem in de zon waarop een bij nectar aan het verzamelen is en een hommel die erbij komt. 

Na zo'n aanblik loop je blij weer verder.


Braamstruik

Vlinders en bijen wijlen bij de roze bloemen.
De groene en paarse bramen zijn alleengelaten.
Zijn zij zichzelf genoeg? Missen zij niet het diepe zoemen
waarmee de bijen tot de bloesems praten?
En 't sprakeloze, wankele evenwicht
waarmee de vlinders op haar blind gezicht
zich even nederlaten?

M. Vasalis

Uit: Vergezichten en gezichten, 1954.




Echte liefde

Brief van mijn overgrootvader, London, 1882 (Ook) van je familie moet je het hebben. Een tijd geleden kwam de prachtbrief weer te voorschijn...