dinsdag 28 september 2021
Terug naar Jethro Tull
maandag 27 september 2021
Tekenen bij Schemerstad
Afgelopen zaterdag voeren we aan boord van de sloep van Max Soek mee in de sprookjesachtige rondvaart door Leiden tijdens Schemerstad. Dat festival wordt al tien jaar georganiseerd en voert de bezoeker in boten en bootjes langs speciaal voor de gelegenheid gemaakte voorstellen op plekken langs de grachten en singels. Locatietheater dus, in dit geval dans, muziektheater, cabaret, opera, beeldende kunst en bewegingstheater.
Het was gezellig en betoverend, en we boften met het mooie nazomerweer. Tijdens het varen en stilliggen maakte ik een paar foto's, en aan de hand daarvan in mijn tekenboekje natuurlijk weer een schetsje dat je hier ziet: de Stille Rijn met lichtjes in het water. Pen, potlood en aquarelpotlood.
Meer over Schemerstad op https://www.schemerstad.nl.
zaterdag 25 september 2021
Over een jaar
Afscheid van het Binnenhof - Reflectie
Op de kalender is het 25 september 2021 vandaag. Over precies een jaar eindigt mijn werkende leven, dat in 1975 begon. Nog vier (politieke) seizoenen loop ik rond in ons parlement. Hoe ziet de tijd daarna eruit, en hoe begon het ook alweer? Tijd voor reflectie, en als beeld dat daarmee te maken heeft kies ik de Mauritstoren van de Eerste Kamer, weerspiegeld in het water van de Hofvijver.
In die Mauritstoren begon die loopbaan, zoals ik al eerder beschreef in een stukje in deze kleine serie Afscheid van het Binnenhof - onbedoeld én uit interesse. Hoe dat zit leg ik hieronder uit.
Hoe begon het ook alweer?
Op school wist ik altijd wat ik wilde worden: journalist, redacteur of uitgever. Daarom schreef ik me in op de School voor de Journalistiek (Utrecht) en de Frederik Muller Academie (Amsterdam). In Utrecht werd ik uitgeloot, dus zou ik naar Amsterdam gaan en het boekenvak in, prima. Maar omdat ik ook uit een geëngageerde en politiek bewuste familie kwam en in Vrij Nederland bij ons thuis een advertentie had zien staan voor leerling-stenografen bij het parlement, schreef ik uit interesse een brief. Hoe zag de achterkant van de politiek eruit, achter de groene gordijnen in de bekende zaal? Ik was er benieuwd naar, werd uitgenodigd voor een gesprek, nog een gesprek, een test en kreeg toen een telefoontje dat ik was aangenomen. Ik besloot het een tijd(je) te gaan doen. Zo kwam ik in dienst van de Kamer, tijdens het nu legendarische kabinet-Den Uyl. Het waren spannende jaren op het Binnenhof, met de verbeelding aan de macht en een gevoel van grote verandering.
Na 12,5 jaar zou ik alsnog dat boekenvak ingaan: ik nam ontslag, verkocht mijn huis en begon mijn eigen uitgeverij in Amsterdam. Nooit spijt van gehad, want dat krijg je alleen van wat je niet gedaan hebt maar wel had willen doen. Ik werkte vervolgens bij de gemeente Amsterdam en had daarna nogmaals mijn eigen bedrijf, tot ik na een interval van 18 jaar - waarvan 15 jaar als ondernemer - in januari 2006 terugkeerde op het Binnenhof, bij dezelfde dienst als waar ik was begonnen.
Dat is nu ook alweer ruim 15 jaar geleden, en als ik over een jaar met pensioen ga heb ik 28,5 jaar voor de Kamer gewerkt onder twaalf kabinetten en in totaal verschillende perioden.
Hoe ziet het er over een jaar uit?
Na een gevarieerde loopbaan van 47 jaar is het over een jaar mooi geweest en krijg ik meer tijd voor wat ik altijd al gedaan heb: schrijven, tekenen, mooie dingen maken, meewerken aan culturele initiatieven. Maar vooral de tijd aan mezelf hebben en die tijd doorbrengen met wie me dierbaar zijn, mijn lief, mijn zoon en kleinzoon, vrienden en familie.
De serie Afscheid van het Binnenhof komt dan ten einde en slaat neer in een boek, een kleine tentoonstelling met eigen werk waartoe het Binnenhof me inspireerde en een inhoudelijk programma, dat ik hoop te laten zien bij de Haagse Kunstkring als werkend lid van de afdeling Letteren.
Maar eerst nog die komende (politieke) seizoenen tot het zover is, in de tijdelijke behuizing waar we sinds het vertrek van het Binnenhof nu werken. Net als toen ik begon zijn het spannende tijden, met een gevoel van urgentie en grote thema's die om antwoord en oplossing vragen.
Het is goed om er opnieuw bij te zijn en om het van nabij mee te maken - zoals het ook goed voelt om daar over een jaar mee op te houden en terug te blikken. In het hart van de levende geschiedenis en in het oog van de tijd.
vrijdag 24 september 2021
De liefde blijft
Op 24 september 2013 overleed mijn moeder in mijn handen. Vandaag is dat dus alweer acht jaar geleden, en zoals ieder jaar ben ik vanochtend natuurlijk wakker geworden in dit besef en het gevoel van gemis dat niet overgaat.
Na de afscheidsbijeenkomst in de aula van de begraafplaats kwamen we terug in haar huis. Boven haar bed zat een vlinder op het raam die daarna nog een aantal keren is blijven terugkeren, tot op de dag van vandaag en op verschillende plekken. En elke keer opnieuw geeft dat het gevoel dat ze in de geest weer even bij ons is. De liefde blijft.
Gelukkig zijn er de ontelbare liefdevolle herinneringen aan en met mijn moeder, en straalt ze met haar levenslust nog altijd op de foto's die ons omringen. Zoals deze, die Frederick Linck van haar en mij maakte. Ze was met vriendinnen gekomen voor de uitreiking van de Hofvijver Poëzieprijs 2011 die ik organiseerde, in de Schutterszaal van het Haags Historisch Museum aan de Hofvijver. Over Frederick schreef ik kortgeleden al een stukje.
Wat een dierbare herinnering, en wat fijn om haar weer te zien zoals ze was en in mijn hart voortleeft.
Alleen de liefde overwint de dood. ❤
Over die vlinder schreef ik dit gedicht:
Weeshuis (1)
Je was nog niet weg
met je mooie bloes aan,
we zaten nog amper
voorgoed zonder jou
in je tuin of op het
raam bij je bed
klonk geritsel en
we keken in het
oog van een vlinder.
Ik opende zacht
de balkondeur
en daar ging je,
om bij ons te
blijven op
vleugels die
komen en gaan.
donderdag 23 september 2021
Energie
Gerrit Achterberg, Energie.
Uit: Radar. Met als colofon: "Deze druk, de zesde, van Radar door Achterberg is een facsimile van het handschrift, om de dichter vijfenzestig jaar na zijn geboorte te herdenken uitgegeven te Amsterdam door Em. Querido's Uitgeverij N.V. en te 's-Gravenhage door Bert Bakker N.V. op 20 mei 1970. De oplage is 500 exemplaren. Deze zijn alle genummerd, de eerste tien, die niet in de handel komen, met Romeinse cijfers, de overige met Arabische. Dit is nummer 45."
Energie
Het vuur, waarin gij nu verkeert,
verwarmt mijn voeten, ik bezin
mij op het feit hoe onverteerd
gij nu geworden zijt tot in
uwe verkolingen, hoe on-
ophoudelijk deze reis begon
door de stofwisseling — en zal
kleiner dan een bekend getal
uw wezen zijn of groter dan
de som van alle, uw bestaan
is onuitwisbaar in de brand
der wereld die de and’re kant
van ademhalen is, de mens
verlaat zichzelf tot aan zijn grens
en wordt zijn eigen energie,
zonder te weten wat of wie
hij voedsel werd en levensbron,
maar in dit zingen slaat gij om
en gij vergeestelijkt tot vorm,
die triomfeert over de worm.
--
Met dank aan mijn nicht Simone Walvisch die mij deze bijzondere uitgave cadeau deed.
woensdag 22 september 2021
Uitzicht
Afscheid van het Binnenhof - Uitzicht
Vandaag beleven we de eerste Algemene Politieke Beschouwingen in B67, de tijdelijke behuizing van de Tweede Kamer na ons vertrek van het Binnenhof. Een historisch moment, want dit is voor mij en mijn collega's voor het eerst dat we tijdens de opening van het nieuwe parlementaire jaar niet op het Binnenhof werken. Op 25 september volgend jaar ga ik met pensioen. Het ziet er dus naar uit dat ik de volgende Algemene Politieke Beschouwingen (van 21 en 22 september 2022) ook nog nét in B67 zal meemaken.
Met uitzicht op het einde van mijn werkende leven heb ik tussen de middag bij de koffiecorner op de 3e verdieping in de B-vleugel dit raamuitzichtje (met potlood, balpen, aquarelpotlood en nat kwastje) geschetst in mijn tekenboekje.
Links in beeld de markante toren van VNO-NCW, op de voorgrond de bomen langs de Utrechtsebaan en rechts de ministeries van Economische Zaken en Klimaat en van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit.
In een volgende aflevering van deze kleine serie Afscheid van het Binnenhof zal ik door mijn oogharen vast nog eens terugblikken op een van de vorige Algemene Politieke Beschouwingen, waar ik zowel uit de Tweede Kamer als de Eerste Kamer herinneringen aan heb sinds ik er in 1975 begon.
dinsdag 21 september 2021
Ik zie mijn Oma in haar achtertuin
Bij de dood van Eddy Posthuma de Boer, de oude buurman van mijn Oma in de Amsterdamse Grensstraat op 25 juli 2021, schreef ik dit sonnet. Hij woonde er op nr. 10, zij op nr. 8, in het huis waarin ik geboren werd.
maandag 20 september 2021
Het stenografentrapje (1)
Afscheid van het Binnenhof -
Het stenografentrapje (1)
Lang geleden (1975) kwam ik op het Binnenhof werken, waar mijn collega's en ik in het midden van de plenaire zaal van de Tweede Kamer en de Eerste Kamer de debatten bijwoonden om daar het officiële verslag in de Handelingen van te maken. Nu beide Kamers vanwege de grootschalige opknapbeurt van het Binnenhof zijn verhuisd en (september 2021) hun intrek elders hebben genomen, wordt het tijd voor een terugblik. En omdat ik het laatste jaar van mijn werkende leven inga en over een jaar met pensioen ga, heeft die terugblik tevens het karakter van een afscheid.
Vandaag richt ik de blik op een verdwenen fenomeen uit het hart van onze parlementaire democratie: het stenografentrapje, dat ik in enkele afleveringen in deze serie Afscheid van het Binnenhof zal belichten. Dit is de eerste aflevering.
Op de hieronder geplaatste foto (gemaakt door Fotobureau Dijkstra in 1981) is het trapje goed te zien. Het kwam uit in het kwadrant in het midden van de plenaire zaal van de Tweede Kamer waarin de stenografen hun werk deden. We zien van bovenaf op de voorgrond de (lege) stenografentafel, ernaast de directietafel van de toenmalige Stenografische Dienst -- hier in gebruik door Kamerleden die als stemopnemers de stembriefjes tellen na een schriftelijke stemming over personen -- en op de achtergrond de regeringstafel.
Dit is het beeld dat ik me uit de eerste jaren van mijn loopbaan goed herinner. Je kwam dit trapje op vanuit de gang eronder, die de hal bij Binnenhof 1a verbond met het trappenhuis naar de verdieping erboven waar ook onze dienst gevestigd was, pal achter de Oude Zaal, zoals we die nu noemen. Een deur in die gang gaf toegang tot het trapje, waarvan de treden bekleed waren met rood tapijt en waarover je tussen gelakte houten wandjes uitkwam in het midden van de hoge zaal, in wat ik in een gedicht ooit omschreef als
(...) ons domein (...)
van woorden en hun weerslag
tussen rostrum en regering.
zondag 19 september 2021
Vijf minuten om te maken *)
Tekenen heb ik van mijn vader, schreef ik al eerder op dit blog. In zijn jonge jaren tekende hij met potlood of pen, eigenlijk altijd zonder zijn schets of tekening in te kleuren. In zijn nagelaten cahiers vind ik een scala aan onderwerpen die hij in beeld bracht, en in mijn herinnering is het een vertrouwd en dierbaar beeld om hem met een groot vel papier of een schetsboek voor zich te zien, terwijl hij zijn ogen regelmatig tot spleetjes vernauwde om iets door zijn oogharen te kunnen zien en de essentie uit te filteren die hij op het papier wilde zetten.
Nu pas begrijp ik beter wat hij dan deed en hoe, zoals veel met de jaren indaalt tot begrip als zelfverworven kennis. En de laatste tijd ben ik zelf ook weer aan het schetsen en tekenen met de passie die ik van mijn vader ken.
Zoals gisteren, tijdens de feestelijke bijeenkomst rond de uitreiking van de 30ste Plantage Poëzieprijs. We zaten in de mooie kerkzaal van het Luther Museum Amsterdam, met aan beide zijden invallend licht door de hoge vensters, en aan het hoofd van de zaal het prachtige orgel met zijn hoge pijpen in een rustige kleurstelling. Boven de hoofden van de aanwezigen pinkelden de lichtjes van enkele sobere kroonluchters.
Ik deed - besef ik nu - wat mijn vader deed: ik keek door mijn oogharen en zag met de dichtregels in mijn oren een versimpeld beeld. Gelukkig had ik mijn tekenboekje bij me, mijn tekenpotlood en aquarelpotloden, een buisje water en een kwastje.
Met de aandacht van verschillende zintuigen maakte ik ter plekke in mijn tekenboekje een schetsje van louter contouren, dat ik telkens weglegde en dan even later weer een beetje invulde of uitwerkte tot de tekening die ervan is overgebleven, als herinnering aan deze middag en als vingeroefening waarin ik ook mijn eigen vader weer een beetje tegenkwam.
---
Over de Plantage Poëzieprijs schreef ik gisteren al dit.
*) "Deze tekening kostte me vijf minuten om te maken, maar zestig jaar om dat te kunnen". Pierre-Auguste Renoir, 1841-1919
zaterdag 18 september 2021
30 jaar Plantage Poëzieprijs!
Vandaag gaan we naar de uitreiking van de Plantage Poëzieprijs 2021 in de mooiste buurt van het land. De prijs wordt nu al voor de dertigste keer uitgereikt door de Vereniging Vrienden van de Plantage en beleeft daarmee al zijn zesde lustrum! Dat is voor dichters, deelnemers en poëzieliefhebbers in ons land (en ons taalgebied) iets om blij om te zijn.
En voor de oprichters van de Vrienden van de Plantage en de grondvesters van de prijs is er vandaag alle reden om trots en tevreden te zijn. Ik ben een van die oprichters, net als vriend en dichter Ko van Geemert, en hem komt alle eer toe dat hij de Plantage Poëzieprijs vanaf ons eerste jaar (1991) is gaan organiseren en daar zo lang mee is doorgegaan, om precies te zijn de eerste 25 keer.
Bij de feestelijke viering van het 25-jarig bestaan van de Vrienden van de Plantage schreef ik een gedichtencyclus over hoe het allemaal begon, onder de titel Alles begon in de Plantage.
De Plantagebuurt in Amsterdam (kortweg De Plantage) is al mijn hele leven mijn lievelingsbuurt. Ik ben geboren in het aangrenzende Amsterdam-Oost, in het huis van mijn Oma in de Grensstraat (tussen Wibautstraat en Weesperzijde). Mijn eerste herinneringen aan de Plantage zijn natuurlijk net als voor miljoenen andere grootgeworden kinderen verbonden aan Artis, de Papegaaienlaan, het Apenhuis, het Aquariumgebouw en meer. De combinatie van groen en grandeur, brede lanen tussen witgepleisterde villa’s, omzoomd door parken vol exotische planten en dieren, het trof me als klein jongetje al direct en die betovering is altijd gebleven.
Fijn dus om vanmiddag weer langs het Hortusplantsoen en de Plantage Muidergracht naar de Plantage Kerklaan te wandelen, en dan rechts de brug over naar het prachtige gebouw van de Evangelisch-Luthers Diaconie dat nu onderdak biedt aan het Luther Museum Amsterdam.
In de kerkzaal van het voormalige Oude Mannen- en Vrouwenhuis wordt vanmiddag dus de dertigste Plantage Poëzieprijs uitgereikt. De jury las de 269 ingezonden gedichten en koos er drie om de makers daarvan te nomineren. Dat zijn voor deze editie de dichters Margriet van Bebber met het gedicht bij een bedrijfsbezoek aan de tramremise, Onno-Sven Tromp met het gedicht Wat wil je van me? en Robin Veen met het gedicht CRYPTOGRAM.
Ik wens de genomineerden hierbij geluk met hun nominatie en verheug me op hun voordracht vanmiddag in deze prachtige ambiance, waarna één van hen de onsterfelijke roem ten deel zal vallen om de winnaar te worden van de dertigste Plantage Poëzieprijs.
De Vrienden van de Plantage zijn te vinden en te volgen via hun website en hun Facebookpagina.
Bij het 25-jarig bestaan van de Plantage Poëzieprijs verscheen de bundel De tijd is bijna stilgezet – 25 jaar Plantage Poëzieprijs die werd samengesteld en geproduceerd door Willem Campschreur en die de Vrienden in eigen beheer uitgaven.
Mijn eigen gedichtencyclus Alles begon in de Plantage bij het 25-jarig bestaan van de Vrienden van de Plantage is nog altijd hier te lezen.
Leve de poëzie, leve de Plantage!
vrijdag 17 september 2021
Poëziemiddag Dichter bij de dood
woensdag 15 september 2021
Het brutalisme van Apon
Afscheid van het Binnenhof -
Het brutalisme van Apon
Onze tweede werkweek in de nieuwe behuizing van de Tweede Kamer is begonnen. Net als mijn collega's ben ik me nog aan het oriënteren in dit gebouw dat met zijn strakke grid zozeer verschilt van de historische gebouwen die we gewend waren aan en rond het Binnenhof.
In de wandeling heet ons gebouw B67, naar het adres Bezuidenhoutseweg 67, in de volksmond heet het de Apenrots, naar de architect Dick Apon die het ontwierp, en voor de komende jaren is het de nieuwe werk- en vergaderplek voor de Tweede Kamer waar ik werk. Na de voltooiing van het Binnenhof verhuist de Kamer weer terug, maar dat zal ik niet meer meemaken, want over een jaar ga ik met pensioen. Vandaar mijn kleine serie Afscheid van het Binnenhof, die in zijn geheel te volgen is op de gelijknamige website.
Dick Apon (1926 - 2002) ontwierp dit gebouw voor het ministerie van Buitenlandse Zaken, dat behoorlijk ruim behuisd moet zijn geweest, getuige het feit dat de voltallige Tweede Kamer met nagenoeg alle diensten, de parlementaire pers en een aantal publieksvoorzieningen de onderste drie verdiepingen van dit gebouw in gebruik heeft, terwijl boven ons maar liefst zeven verdiepingen leegstaan.
Het huidige B67 is Apons belangrijkste gebouw. Het werd in 1985 door Buitenlandse Zaken in gebruik werd genomen en er werkten maar liefst 1200 ambtenaren. Ik lees dat het de 22 locaties verving waarin het ministerie in de jaren zeventig was gevestigd. Apon gaf het gebouw een getrapt aanzien, waardoor het al snel de naam Aponrots kreeg, wat later werd verbasterd tot Apenrots.
De bekendste creatie van Dick Apon is en blijft de pier in Scheveningen, die hij ontwierp met Huib Maaskant en Dirk Jan Dijk aan het begin van de jaren zestig.
In de jaren vijftig en zestig vormde Apon met onder meer Jaap Bakema, Aldo van Eijck en Herman Hertzberger de redactie van het tijdschrift Forum, die zich beijverde voor terugkeer naar de menselijke schaal in het bouwen. Apon gaf les aan verschillende academies van bouwkunst en was tevens hoogleraar architectonisch ontwerpen aan de Technische Universiteit Eindhoven.
Dick Apon wordt met architecten als Bakema, Van den Broek, Van Eyck, Hertzberger en Maaskant wel gerekend tot het brutalisme.
Andere voorbeelden van deze stijl in Nederland zijn De Euromast, Rotterdam (Maaskant), het kantoorgebouw van SC Johnson, Mijdrecht (Maaskant), de aula van de Technische Universiteit Delft (Bakema), het hoofdkantoor van Centraal Beheer, Apeldoornmaandag 13 september 2021
zondag 12 september 2021
Uit de hand
Tussen de oude foto's kom ik er eentje tegen waarop ik op het strand van Terschelling sta, aan de rand van de zee waarachter het silhouet van Vlieland zich aftekent tegen de horizon. In mijn linkerhand houd ik een tekenboekje en in mijn rechter een potlood, ik kijk - weet ik - beurtelings naar het eiland in de verte en het papier.
Het voelt prettig en vertrouwd om deze foto terug te zien. Jarenlang al heb ik vaak een blocje of tekenboekje op zak, een potloodje en/of een (altijd zwartschrijvende) balpen, bij voorkeur zo klein dat alles in een broekzak of borstzakje past.
Tekenen heb ik van mijn vader, die het ook vaak en graag deed. Ik zie hem voor me met een schetsblok op schoot of een groot vel tekenpapier voor zich op tafel. In de jaren dat hij bij de papierfabriek van Van Gelder werkte hadden we bij ons thuis altijd tekenpapier in overvloed; ik zal er binnenkort eens een stukje aan wijden.
Tekenen uit de hand is een plezier dat ik zelf heb ontdekt door te wandelen en te blijven stilstaan bij een mooi uitzicht dat erom vraagt om op papier gezet te worden in snelle lijnen waarbij de essentie overblijft. Vaak is vijf minuten al genoeg, een andere keer iets minder of iets meer, maar in alle gevallen staat de tijd tijdens het kijken en schetsen even stil en blijft een gevoel van grote voldoening hangen bij het hervatten van de wandeling.
Zoals afgelopen zomer toen ik met Angèle in een huisje aan de Kaag zat en we daar allebei aan het tekenen sloegen. Tijdens een paar wandelingen door de polder had ik natuurlijk mijn kleine tekenboekje bij me en een potloodje.
In het nabijgelegen dorp Rijpwetering liep ik een straatje in, en tussen de huizen door was daar opeens dit doorkijkje op de kerk met een hooiberg en een oude boerderij op de voorgrond. De tijd stond stil en ik weet niet hoe lang of kort ik daar gestaan heb.
Maar wel weet ik dat ik weer helemaal terug ben bij het snelle schetsen uit de hand.
zaterdag 11 september 2021
20 jaar na 9/11
11 september vandaag. Natuurlijk denk ik net als iedereen die het zich nog kan herinneren meteen weer terug aan 11 september 2001, en natuurlijk weet ik net als al die anderen nog precies waar ik op dat moment was en met wie.
Het was dinsdag, ik was met mijn officemanager Jolanda aan het werk in mijn kantoor aan de Staalkade, hartje Amsterdam met uitzicht op de Amstel voor de deur, pal naast het stadhuis, de grootste opdrachtgever van ons bureau. De andere medewerkers waren de deur uit, naar vergaderingen bij diverse klanten om daar rapportages van te maken. Het was het normale begin van een druk vergaderseizoen.
Milko
Aan het begin van de middag stapte Milko binnen, onze systeembeheerder die de computers en het netwerk onderhield en altijd weer up to date wist te maken met nieuwe slimme toepassingen. Altijd goed en gezellig als hij er was. We dronken koffie, kletsten wat en gingen ieder aan ons werk.
Milko was bezig met mijn computer, in de kamer met rechts de ramen die uitzien op de Amstel, toen hij me halverwege de middag riep. Ik weet het nog precies, ik liep snel de trap op en zag op het computerscherm samen met Milko en Jolanda de aanslag in New York gebeuren. Er kwamen zwarte rookwolken uit een van de torens van het World Trade Center en we zagen een vliegtuig aan komen vliegen dat in de tweede toren verdween. Dat beeld blijf ik in mijn hoofd terugzien als in slow motion. We waren alle drie verstijfd en vol ongeloof. De rest van die dag is verbleekt bij deze herinnering, die altijd weer bovenkomt op deze datum.
Milko schrijft hier zelf over: "Ja dat was een bizar moment! Ik weet het als de dag van gisteren! Ik had altijd een klein radiootje bij me als ik aan het rommelen was en toen hoorde ik het nieuws van 15 uur (6 uur verschil en daar was het 9 uur dat het gebeurde)...iets met een vliegtuig die het WTC invloog?.... Ik snel nu.nl aan op 1 van die computers en ik riep 'Eelco kijk....iets bizars aan de gang'. We zagen toen samen het tweede vliegtuig live de toren invliegen en waren beiden aan de grond genageld! Met open monden en half in shock sloegen we het gade. En ja.....dat heeft de wereld wel even aan het veranderen gebracht! Dank voor je moment en ook ik denk altijd op 11 september aan dat moment! Op weg naar huis in de auto alleen maar het nieuws aan en bellen met iedereen."
donderdag 9 september 2021
Hussem in huis
dinsdag 7 september 2021
De wisseltentoonstelling
Afscheid van het Binnenhof -
De wisseltentoonstelling
Vandaag gaat de Tweede Kamer na het vertrek van het Binnenhof van start op de nieuwe locatie: B67, ofwel Bezuidenhoutseweg 67, in het gebouw van het voormalige ministerie van Buitenlandse Zaken dat in de afgelopen maanden is verbouwd en aangepast aan de wensen van de nieuwe gebruiker. De plenaire zaal is voor de Kamerleden, medewerkers, journalisten, bezoekers en de kijkers thuis het meest herkenbaar, want de bankjes en de karakteristieke blauwe stoelen zijn meeverhuisd vanaf het Binnenhof.
In het nieuwe gebouw deel ik een kamer met een collega. Omdat zij en ik op verschillende dagen op kantoor en thuis werken - en dat zo blijft in het kader van het hybride werken als uitvloeisel van de coronamaatregelen - hebben we een wisselkamer. En omdat we allebei foto's maken en veel met onze camera en mobiele telefoon hebben rondgekeken in de oude gebouwen hebben we samen besloten om een wisseltentoonstelling in te richten in onze kamer.
Daarvoor kiezen we werkjes van elkaar uit om op te hangen. We zijn er al meteen mee begonnen en hebben onze eerste keuze gemaakt.
Ik trap vandaag af met de foto die mijn collega maakte van het gebouw waar we talloze malen doorheen zijn gelopen: Gebouw J, het voormalige ministerie van Justitie, hoek Plein / Lange Poten, een gebouw vol hoekjes, trappenhuizen, doorkijkjes en ornamenten. Vanuit het gebouw ernaast waar wij onze werkplekken hadden, het voormalige Grand Hotel Central aan de Lange Poten, was de gang op deze foto de logische route naar de uitgang aan het Plein en naar het Kamerrestaurant daarboven.
Gang 1e verdieping gebouw J, foto JW |
Een goede keuze om mee te beginnen, met een terugblik op het Binnenhof dat het de komende tijd zonder ons moet doen.
De wisseltentoonstelling is hierbij geopend!
maandag 6 september 2021
Terug naar Boutens
Ik ben me aan het warmlopen voor Allerzielen, of meer concreet: voor Dichter bij de dood, de manifestatie waarbij dichters op 2 november hun gedichten voordragen op de Haagse begraafplaats Oud Eik en Duinen om daar begraven dichters, schrijvers en andere kunstenaars te eren.
Sinds 2016 werk ik als dichter al mee aan deze manifestatie, waarbij ik tot dusverre koos voor Ferdinand Bordewijk, Anton Constandse, Aad Nuis en Willem Drees sr. - en gedichten schreef om bij hun leven en werk stil te staan.
Voor de editie van dit jaar heb ik gekozen voor de dichter P.C. Boutens. Hij werd in 1870 geboren in Middelburg, waar ik zelf ook heb gewoond. Ik heb me door hem laten inspireren, in het bijzonder door het gedicht NACHT-STILTE uit zijn bundel Vergeten liedjes.
Het afgelopen weekend was ik in Middelburg, en natuurlijk ben ik plekken langs gegaan die een rol spelen in het leven van Boutens.
Zijn geboortehuis aan de Markt bestaat niet meer, want het werd met een groot deel van het centrum van de stad verwoest bij het (vergeten) bombardement van 1940 en de daaropvolgende stadsbrand. Op deze prentbriefkaart van rond 1900 is het huis met de omgeving nog te zien: het tweede huis (met hoge deur), rechts van de boek- en muziekhandel.
Ik ging er kijken en maakte een foto vanaf dezelfde plek, aan het einde van de dag, waardoor de verlichting al aan was.
Een andere plek uit het Middelburgse leven van Boutens is er nog wel, en is nog onveranderd: in de Latijnse Schoolstraat zat hij er op het Stedelijk Gymnasium Middelburg, dat ik hier fotografeerde in het strijklicht.
Het gebouw staat er nog net zo bij als in de tijd dat de jonge Boutens er naar school ging. Op de gevel staat nog altijd: "Illustre Gymnasium Reip: Medioburgensis . Instauratum . MDCXCI ."
Boutens' gymnasiumtijd legde de basis voor zijn latere leven: hier bleek zijn talent voor Latijn en Grieks en vertaalde hij Plato's Symposion. Daarna ging hij in 1890 klassieke talen studeren aan de Universiteit Utrecht. In 1899 promoveerde hij op een onderzoek naar de Griekse komedieschrijver Aristophanes: ‘Excertitationes criticae in scholia ad Aristophanis Acharnenses.’
Met deze beelden ben ik teruggekeerd uit Zeeland, en werk ik verder aan mijn voorbereiding voor Allerzielen op Oud Eik en Duinen, waar Boutens begraven is in graf nr. 1-4565. Meer over Dichter bij de dood en mijn eerdere gedichten voor Allerzielen is met achtergrondinformatie te vinden op mijn gelijknamige website:
https://sites.google.com/site/gedichtenvoorallerzielen/home
Een filmpje van het Hollands Diep
Het Hollands Diep vind ik altijd een magische plek, en telkens wanneer ik met de trein de oversteek maak van noord naar zuid of omgekeerd leg ik neer waar ik op dat moment mee bezig ben en kijk ik ademloos uit het raam tot we de andere oever bereikt hebben.
Bijna altijd maak ik er een paar foto's van, soms een snelle schets en af en toe een filmpje, zoals deze. Een poging om de magie in beeld te vangen.
zondag 5 september 2021
De Lange Jan
Middelburg
zaterdag 4 september 2021
Regeren is vooruitzien.
vrijdag 3 september 2021
Bijenfilmpjes
We weten allemaal dat het slecht gaat met de bijen en hoe belangrijk ze zijn voor de bestuiving van gewassen en daarmee voor de voedselvoorziening. Van ons voedsel is 35% afhankelijk van bestuiving. We kunnen niet zonder bijen en zonder de ecosysteemdienst die zij gratis leveren.
Daarom let ik beter op bijen dan een aantal jaren geleden. En nu we allemaal een mobiele telefoon op zak hebben waarmee je ook foto's en filmpjes kunt maken, sta ik vaker stil wanneer ik bijen of hommels bezig zie op bloemen waar ik langs loop.
In mijn groeiende verzameling bijenfilmpjes neemt deze een speciale plaats in: een zonnebloem in de zon waarop een bij nectar aan het verzamelen is en een hommel die erbij komt.
Na zo'n aanblik loop je blij weer verder.
Braamstruik
Vlinders en bijen wijlen bij de roze bloemen.
De groene en paarse bramen zijn alleengelaten.
Zijn zij zichzelf genoeg? Missen zij niet het diepe zoemen
waarmee de bijen tot de bloesems praten?
En 't sprakeloze, wankele evenwicht
waarmee de vlinders op haar blind gezicht
zich even nederlaten?
M. Vasalis
Uit: Vergezichten en gezichten, 1954.
Echte liefde
Brief van mijn overgrootvader, London, 1882 (Ook) van je familie moet je het hebben. Een tijd geleden kwam de prachtbrief weer te voorschijn...
-
Wanneer is iets genoeg? Wanneer moet en kún je genoegen nemen met wat je wordt aangeboden? Het antwoord is wat mij betreft simpel op de laat...
-
Mijn eerste zelfgemaakte garum - ofwel Romeinse vissaus - van ansjovis is na een halfjaar rijpen klaar en opgeborgen in mooie flesjes met ...