woensdag 30 maart 2022

De Hofvijver weerspiegelt de geschiedenis

Afscheid van het Binnenhof. Op deze dag ben ik weer aan het werk op kantoor, in B67 waar de Tweede Kamer sinds de verhuizing van het Binnenhof vergadert. Vandaag gaat het in opeenvolgende debatten  over veranderingen in de Grondwet, zoals aanpassing van de bepaling inzake de onschendbaarheid van het brief-, telefoon- en telegraafgeheim aan moderne media. Diverse Kamerleden begonnen hun bijdrage aan het debat ermee dat ze hun kinderen hadden moeten uitleggen wat een telegraaf wat en dat ze dat zelf eigenlijk ook niet goed wisten. Ook wetgeving vergt onderhoud.

Elke week begint nu het moment dichterbij te komen dat ik mijn pen aan de wilgen ga hangen, althans tijdens het werk. Nog 25 weken tot mijn pensioendatum, weken waarin de Grote Vraagstukken zich verdringen op de Kameragenda en in het nieuws dat onze dagen kleurt.

Ondertussen weerspiegelt de Hofvijver de gebouwen van het Binnenhof en de geschiedenis, zoals op de foto hieronder die ik recentelijk maakte.




maandag 28 maart 2022

Maarten van Dreven

Een tijdlang waren Maarten van Dreven en Jurjen de Haan mijn buren aan het Haagse Groenewegje. Met Jurjen deelde ik de liefde voor poëzie (die hij vaak ingegreerde in zijn schilderijen), van Maarten bewonderde ik vooral zijn prachtige potloodtekeningen, waarvan hier als voorbeeld Kniebeschermers (64x93 cm, 1976). De stofuitdrukking van de kniebeschermers, de textuur van de huid en de zachte achtergrond vind ik subliem. Het is een tekening die ik graag aan de muur zou hebben om er vaak naar te kijken zonder dat die gaat vervelen. Jammer dat Maarten niet meer leeft, hij was behalve een goede kunstenaar ook een innemend mens.

Inmiddels leeft ook Jurjen niet meer. Van beiden heb ik een schilderij aan de wand in mijn werkkamer hangen waar ik regelmatig in dankbaarheid en weemoed naar kijk bij het verglijden van de tijd waarin de schoonheid met de herinnering overblijft.


zaterdag 26 maart 2022

Vrede en vrijheid

De wereld staat in brand op een manier die we lang niet hebben meegemaakt en die ons allen bezighoudt. De vrede waarin ik met de naoorlogse generaties ben geboren en opgegroeid blijkt kwetsbaarder dan we allemaal lang dachten, de vrijheid waarin we leven de moeite van het beschermen meer dan waard.

Een beeld dat bij me opkomt is dat van het Haagse kasteel midden in de stad waar ik jarenlang vanuit mijn werkkamer op uitkeek. Natuurlijk heb ik het over de Ridderzaal met de erachter gelegen Grafelijke Zalen op het Binnenhof.

Sinds de afgelopen zomer hebben we het Binnenhof verlaten en werkt onze dienst nu voor de Tweede Kamer in de tijdelijke behuizing aan de Bezuidenhoutseweg en voor de Eerste Kamer aan de Kazernestraat en het Lange Voorhout. 

De actualiteit in het wereldgebeuren en de praktijk van het parlementaire werk vallen de komende week op een bijzondere manier samen doordat de president van Oekraïne, Volodymyr Zelenski, op zijn verzoek donderdag 31 maart a.s. om 10.15 uur de Tweede Kamer zal toespreken. Mijn collega's en ik doen er uiteraard verslag van.

Kamervoorzitter Vera Bergkamp schreef er deze brief over aan de Kamer: https://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/detail?id=2022Z05351&did=2022D10935





maandag 21 maart 2022

Onthulling bij de Posthoorn

Vandaag is het weer 21 maart, net als ieder jaar begin van de lente én World Poetry Day. Op 21 maart 2013 mocht ik op het terras van Bodega de Posthoorn ter gelegenheid van de eerste editie van het maandelijkse Poëziecafé van de Haagse Poëzieroute het raamgedicht onthullen dat er nog altijd hangt, met het gedicht Eb van M. Vasalis:

Eb 

Ik trek mij terug en wacht. 
Dit is de tijd die niet verloren gaat: 
iedre minuut zet zich in toekomst om. 
Ik ben een oceaan van wachten, 
waterdun omhuld door 't ogenblik. 
Zuigende eb van het gemoed, 
dat de minuten trekt en dat de vloed 
diep in zijn duisternis bereidt.

Er is geen tijd. Of is er niets dan tijd?

M. Vasalis, 

Uit: Vergezichten en gezichten,
Uitgeverij van Oorschot, 1954

Foto: Anna Djerek



zondag 20 maart 2022

Eén stap tegelijk

De Hanwag wandelschoenen waarmee ik ook nu weer buiten in de tuin aan het werk ben, op deze ongekende voorjaarsdag in wintermaand maart. Het is alweer een kleine eeuwigheid geleden dat ik ze aanschafte, ze hebben me door talloze landschappen gedragen, over heuvels en bergen, door dalen, dorpen en steden, in warmte en kou, in gezelschap en alleen, op mijn beide benen.

Bij de firma Bever heb ik ze al eens laten verzolen en opfrissen, zodat ze weer jaren en kilometers mee kunnen door de wereld, één stap tegelijk. Ze zijn nog lang niet uitgewandeld en ik ook nog niet, er is nog zoveel te zien. "Alles ligt op loopafstand als je tijd genoeg hebt", zeg ik Steven Wright na.

Als dank en klein eerbetoon tekende ik ze een tijd geleden in het kader van de Spring Art Challenge die Portretschool Amsterdam in coronatijd organiseerde, bij de opdracht: portretteer je wandelschoenen. 

Deze tekening maakte ik op  mijn telefoon met de app ArtRage. Het was een leuke en dankbare opdracht. Nu weer terug de tuin in, aan het werk, even mijn trouwe onderdanen uitlaten.




donderdag 17 maart 2022

Spring Art Challenge

Een van de leukste dingen uit de coronatijd die nu gelukkig grotendeels achter ons lijkt te liggen was de inventiviteit die bij velen naar boven kwam. 

De Spring Art Challenge die Liesbeth van Keulen van Portretschool Amsterdam organiseerde en waaraan je via sociale media kon meedoen onder het motto "Elke dag een leuke schilder-/tekenopdracht om te doen in tijden van Corona!" vond en vind ik wel een van de hoogtepunten. 

Met veel plezier keek ik uit naar iedere nieuwe en steevast leerzame en inspirerende opdracht, die je na het maken vervolgens kon delen via de hastag van die dag, zoals #002SpArCh voor de tekening hieronder die ik 2 jaar geleden maakte, op 17 maart 2020:

"Minutenschetsje op mijn telefoon met de app ArtRage. Opdracht 2 van de pagina Spring Art Challenge: teken of schilder A room with a View. #002SpArCh". 



vrijdag 11 maart 2022

Introspectie

De wereld kan verpletterend zijn zoals wij nu weer ervaren door de oorlog in Oekraïne, zo dichtbij in ons eigen Europa. De buitenwereld dringt binnen met beelden die daar resoneren en aanzetten tot introspectie. 

Op zo'n moment grijp ik naar de toverbal van glas die ik vond in de museumwinkel van Escher in het Paleis. Door erin te kijken naar de wereld erachter ontstaat een nieuw beeld waarin alles wordt omgekeerd en samengebald in een in zichzelf besloten wereldje dat rust en helderheid biedt.

Rust en helderheid om de chaos te bedwingen vanuit de diepe behoefte orde te scheppen en te vangen wat zin geeft. Het zijn woorden die M. Vasalis uitsprak in haar dankwoord bij de aanvaarding van de P.C. Hooftprijs 1982 in het Muiderslot. Het woord is aan haar:

"Het begrip buitenwereld, waarmee een mens in relatie zoekt te treden, wil ik nog uitbreiden: niet alleen zijn wij onderhevig aan de materiële en maatschappelijke invloeden van de buitenwereld en wel veel sterker dan we vaak beseffen. Maar de buitenwereld zit ook ín ons. Wij zijn ook aan ons zelf voor het grootste gedeelte onbekend en zeker onbegrepen. Daar helpt geen theorie, geen introspectie, geen lieve moederen aan. Maar wel weven wij van binnen onophoudelijk van de dunste, taaiste materie, héél precieze doorzichtige webben, waarmee orde geschapen wordt en de chaos tijdelijk en telkens opnieuw wordt bedwongen en waarin wij datgene vangen, dat op zo’n ogenblik misschien zin genoemd kan worden. Een kunstenaar moet ook in zijn onbekende gebieden thuis zijn, wát hij daar ook aantreft, of het hem bevalt of niet, zelfs als hij constateren moet, dat hij er zich niet thuis voelt. Er is altijd een instantie in hem, die stabiel blijft en commentaar geeft. Zelfs als hij in een vlaag van depersonalisatie zegt: j’est un autre, ik is een ander (Rimbaud), zegt hij nog: ik. Op de momenten, dat hij iets maakt is hij zijn eigen Delphi èn de sterveling, die de grot bezoekt.

Ook de dichter is thuis. U, lezers en kritici, kunt hem daar bezoeken, langs de touwladder van zijn woorden. Ik heb gezegd"

M. Vasalis

Dankwoord bij de aanvaarding van de P.C. Hooftprijs 1982 in het Muiderslot, uitgesproken op 14 december 1983.




woensdag 9 maart 2022

Varen op de Binnenkant

Vorig jaar kreeg ik een etspersje van mijn lief voor mijn verjaardag. Nadat ik eerder in de studio van Teylers Museum een workshop droge naald volgde had ik meteen de smaak te pakken.

Hier een van mijn eerste vingeroefeningen na een vaartochtje met mijn zoon in zijn sloep op de Binnenkant, Amsterdam. Het is nu een blijvend en dierbaar aandenken in droge naald, afgedrukt op mijn etspersje, aan een heerlijke dag in goed gezelschap.

Ik verheug me nu al op mijn gepensioneerdenbestaan later dit jaar met meer tijd om me verder te bekwamen in droge naald en om met mijn persje mooie combinaties te maken van tekst en beeld.





dinsdag 8 maart 2022

Mijn Oma in 1905

Internationale Vrouwendag vandaag, 8 maart. Natuurlijk denk ik meteen weer aan mijn Oma, hier rechts op de foto naast haar zusje Lena. Deze foto is gemaakt in 1905, toen was mijn Oma 13 jaar. Ik ben net als mijn zusje geboren in haar huis in Amsterdam. In deze foto, in de herinnering aan haar strijdbaarheid en in ons hart leeft ze voort. De liefde blijft. ♡



zondag 6 maart 2022

Straalgewelf

Afscheid van het Binnenhof. Vandaag is de laatste dag van het krokusreces van de Tweede Kamer, dat alweer mijn laatste krokusreces is aangezien ik dit jaar met pensioen ga. Nog één meireces te gaan en dan - over 17 weken - mijn allerlaatste zomerreces voordat ik de deur achter me dichttrek na een lang werkzaam leven.

Het maakt dat ik extra bewust om me heen kijk en beelden, herinneringen en gebeurtenissen verzamel voor mijn terugblik op de jaren sinds 1975 toen ik samen met mijn jaargenoten op het Binnenhof begon.

Nu datzelfde Binnenhof niet meer toegankelijk is vanwege de grootschalige opknapbeurt ben ik aangewezen op mijn geheugen en mijn eigen archief. Gelukkig heb ik - zeker de laatste jaren - veel met mijn camera en mijn tekenboekje door de gebouwen gelopen en vastgelegd wat me dierbaar is.

Zoals hier het weergaloze ronde trappenhuis in het voormalige ministerie van Justitie van architect C.H. Peters, dat met zijn rijke ornamenten vol symboliek mijn lievelingsgebouw is op en rond het Binnenhof.

Dankzij de beschrijving op de site van Monumentenzorg Den Haag die ik hieronder weergeef weet ik nu dat de bekroning van dit trappenhuis een straalgewelf heet, en dat is wat ik hier op deze foto laat zien. Hoe vaak heb ik door dit trappenhuis gelopen en hoe vaak werd ik als door een magneet naar boven getrokken om hier éven de tijd en de hectiek van het parlementair bedrijf te vergeten en het wisselende daglicht door de vensters onder deze kroon naar binnen te zien vallen? 

Hier de beschrijving van Monumentenzorg Den Haag:

"Het derde trappehuis bevindt zich in een ronde traptoren met spits tegen de achterzijde van de verlengde zuidelijke vleugel en is geconstrueerd als stenen wenteltrap met open spil, afgesloten door een straalgewelf. De gangen van de parterre zijn overkluisd door graatgewelven op eenvoudige pilasters; alleen de noordelijke gang heeft kruisribgewelven op pilasters met composiete kapitelen. De deuren naar de aan deze gang gelegen vertrekken hebben houten omlijstingen en bekronende tableaux van blauwe tegels."

Bron: https://www.monumentenzorgdenhaag.nl/monumenten/plein-2a-en-2b

De werkplekken van onze dienst waren tot onze verhuizing van het Binnenhof ondergebracht in het voormalige Hotel Central aan de Lange Poten (intern aangeduid als Gebouw H), waarover een andere keer meer in deze serie Afscheid van het Binnenhof. Het oude departement van Justitie staat ernaast en werd (en wordt) intern aangeduid als Gebouw J, waarvan de monumentale voorgevel aan het Plein staat.

Eerder stond op deze plek het huis dat Constantijn Huygens tussen 1634-1637 liet bouwen. Ruim twee eeuwen later ontwierp architect C.H. Peters hier in neorenaissancestijl zijn departement van Justitie, dat vervolgens gebouwd werd tussen 1876 en 1883. 

Ik zal het niet meer zien na mijn afscheid, althans niet meer in functie. Wel hoop ik er nadien weer eens doorheen te lopen en dan opnieuw stil te staan bij de schatten van Peters, zoals de magnifieke Handelingenkamer, de voormalige zaal van de ministerraad en, natuurlijk, de kroon van dit straalgewelf met het gevoel van oneindigheid dat het oproept. Ik zie ernaar uit om er dan langer de tijd voor te kunnen nemen, los van de hectiek van het parlementair bedrijf die mijn collega's van dat moment op het belsignaal vanuit de plenaire vergaderzaal zal terugroepen naar hun werk in ons aller belang.  




















zaterdag 5 maart 2022

Rebbe Beer

REBBE BEER

Smalle straten, soms
de geur van zee, op
westenwind de vleugel-
slag van meeuwen.

Waar ik nu loop, geen
water meer, geen veer
naar Mokum en het oude volk

maar letters weerspiegeld
in glanzende steen.

Een naam waar ik alles
voor geef nu ik hier sta
en lees, zachtjes wiegend:

Rebbe Beer woonde
in dit huis en was zeer
geliefd in de buurt

Hoe lang ik er sta, een
hand op mijn rug,

om verder te gaan
en steeds weer terug.

Eelco van der Waals










Gedicht uit de cyclus Weerspiegeling - een ode aan de verdwenen Joodse buurt van Den Haag, geschreven voor de Hofvijver Poëzieprijs 2014

Foto: Gedenksteen aan de Stille Veerkade, Den Haag, onderdeel van de wandeling De Buurt spreekt

Rabbi Berenstein (Rebbe Beer) bewoonde dit huis van 1848 tot 1883. Hij was zeer geliefd in de buurt. Rabbi Berenstein lived in this house from 1848 - 1893. Everyone in the neighbourhood loved him. Gedenksteen aan de Stille Veerkade, Den Haag, onderdeel van de wandeling De Buurt spreekt.

Echte liefde

Brief van mijn overgrootvader, London, 1882 (Ook) van je familie moet je het hebben. Een tijd geleden kwam de prachtbrief weer te voorschijn...